Dit is de harde waarheid: compliance ≠ veiligheid
In het bedrijfsleven wordt compliance vaak gezien als een mijlpaal. Er hangt een nieuw certificaat trots in de lobby, er wordt een aankondiging gedaan in de bedrijfsnieuwsbrief en het managementteam feliciteert de cyberbeveiligingsafdeling. Maar hier is de harde waarheid: compliance ≠ veiligheid.
Het is heel goed mogelijk, en helaas niet ongewoon, om 100% compliant en gecertificeerd te zijn en toch kwetsbaar te blijven voor cyberaanvallen. Je kunt met vlag en wimpel slagen voor een audit en toch keer op keer te maken krijgen met verstoringen, hackaanvallen of afpersing. De aanname dat certificering gelijk staat aan veiligheid is niet alleen onjuist, maar kan ook gevaarlijk misleidend zijn.
Compliance frameworks en certificeringen – of het nu gaat om ISO 27001, IEC 62443 of NIST-gerelateerde programma's – zijn waardevol. Ze bieden structuur, benchmarks en meetbare vooruitgang. Maar ze zijn geen magische schilden.
Certificering beoordeelt vaak of uw processen en controles op een bepaald moment aan een norm voldoen. Bedreigingen zijn echter niet gebonden aan auditschema's. Ze maken gebruik van zero-day kwetsbaarheden, zwakke plekken in de toeleveringsketen en menselijke fouten die geen enkele compliancechecklist volledig kan voorzien.
Het probleem ontstaat wanneer het management compliance ziet als een checklist – iets dat moet worden afgevinkt om toezichthouders, klanten of aandeelhouders tevreden te stellen – en niet als onderdeel van een doorlopende, adaptieve cyberbeveiligingsstrategie.
Cyberbeveiliging draait uiteindelijk om risicobeheer. Management teams, raden van bestuur en leidinggevenden zijn verantwoordelijk voor het nemen van die risicobeslissingen – of ze zich daar nu bewust van zijn of niet. Het ondertekenen van een certificeringsrapport zonder de risico's echt te begrijpen, is een tekortkoming in het bestuur.
Om weloverwogen beslissingen te kunnen nemen, hebben leiders de juiste kennis nodig. Dit betekent training voor zowel het management als de medewerkers – niet alleen over wat het compliancekader zegt, maar ook over hoe cyberdreigingen zich ontwikkelen, wat de impact op het bedrijf kan zijn en waar de kwetsbaarheden werkelijk liggen.
Een leider die het verschil begrijpt tussen ‘compliant’ en ‘veilig’ zal de juiste vragen stellen:
De echte sprong voorwaarts vindt plaats wanneer een organisatie verder gaat dan het voldoen aan vereisten en een echte cyberbeveiligingscultuur opbouwt.
Echte cyberweerbaarheid begint met het omarmen van cyberbeveiliging en privacy als kernwaarden van het bedrijf – niet als nevenprojecten, niet als kostenposten, maar als essentieel voor het merk, het vertrouwen van de klant en de bedrijfscontinuïteit.
Een sterke cyberbeveiligingscultuur betekent:
Een krachtige manier om deze cultuur tastbaar te maken, is door cyberbeveiliging te positioneren als een gezamenlijke inspanning van het bedrijf en een gedeelde belofte – niet alleen iets waar de IT-afdeling ‘voor zorgt’.
Wanneer een bedrijf zich toewijdt aan vertrouwen in digitaal (Trust in Digital), geeft het een duidelijke boodschap:
'We nemen de bescherming van onze digitale relaties met onze klanten, partners en belanghebbenden serieus – en we nemen daar verantwoordelijkheid voor.'
Dit vertrouwen wordt opgebouwd door middel van drie zichtbare pijlers:
Zonder deze drie elementen – cultuur, transparantie en referenties – kunt u niet echt beweren dat belanghebbenden u digitaal kunnen vertrouwen.
Trust in Digital is in feite het rendement op investering in cyberbeveiliging. Het is het reputatie- en operationele rendement dat u behaalt wanneer cyberbeveiliging tot een bedrijfsprioriteit wordt verheven. Het versterkt de loyaliteit van klanten, versnelt partnerschappen en onderscheidt u in concurrerende markten.
Wanneer cyberbeveiliging puur vanuit een defensief perspectief wordt bekeken, kan het als een last worden ervaren. Maar vooruitstrevende bedrijven erkennen dat cyberbeveiliging een zakelijke stimulans kan zijn.
Dit betekent transparant zijn: klanten, partners en toezichthouders laten weten wat u doet om de bedrijfsvoering draaiende te houden en gegevens te beveiligen (zonder gevoelige details prijs te geven). Het betekent eerlijk zijn als er iets misgaat en uitleggen hoe u herhaling voorkomt.
Paradoxaal genoeg kan het toegeven van een inbreuk en het aantonen van een robuust herstel de geloofwaardigheid vergroten. In de huidige omgeving, waar cyberincidenten bijna onvermijdelijk zijn, hechten belanghebbenden meer waarde aan veerkracht en verantwoordelijkheid dan aan onrealistische beloften van perfecte beveiliging.
We moeten een praktische waarheid onder ogen zien: naleving en certificering kosten geld en tijd. Audits, documentatie, procesupdates – ze vereisen allemaal middelen.
Daarom is het zo veelzeggend wanneer het management het cybersecurityteam toestaat om verder te gaan dan wat strikt vereist is door de wet of door de certificeringsscope. Deze beslissing geeft aan dat cybersecurity niet alleen gaat om het voldoen aan de minimale drempel, maar ook om het beschermen van de reputatie, activiteiten en klanten van de organisatie.
Als het management consequent beveiligingsmaatregelen goedkeurt die verder gaan dan de basiscompliance – of dat nu extra penetratietests, geavanceerde monitoringtools of bredere bewustmakingscampagnes voor medewerkers zijn – is dat een sterke indicatie dat er een echte cybersecuritycultuur heerst.
Certificering is niet het einddoel, maar een tussenstation. Het kan klanten en partners vertrouwen geven, helpen bij het afstemmen van interne processen en aantonen dat aan bepaalde normen wordt voldaan. Maar als het het enige doel is, blijft de organisatie risico lopen.
Een holistische benadering van cyberbeveiliging betekent:
In een wereld waar bedreigingen dagelijks evolueren, zullen de organisaties die floreren, die zijn die certificering zien als onderdeel van een voortdurende reis – niet als het einddoel. En in die reis is Trust in Digital zowel het kompas als de beloning.